Verhaal
Het duurde lang voordat ik mijn hand durfde uit te steken voor hulp
In de gevangenis en forensische zorg tref ik véél mensen die zich weinig tot niet in een relatie hebben kunnen verbinden met anderen. Er is een gemis (ontstaan)aan gevoelens die een relatie nodig heeft. Een gemis aan de basisgevoelens, de juiste liefde, vertrouwen en vaardigheden om een relatie in stand te houden, of om zelf een basis te bieden.
Hun vertrouwen en liefde is te broos en fragiel, dat maakt hen emotioneel eenzaam en bang. Ze stellen zich onbreekbaar op! Terwijl onder het stalen pantser een kwetsbaar en emotioneel breekbaar mens leeft. En in véél gesprekken voel ik dat er zich liefde en warmte achter de koude uitstraling bevindt. Maar ze zijn (nog) niet in staat die te delen, zichzelf te geven of open te zetten. Want de basis voor relaties aan te gaan kende bij velen vanaf hun jeugd geen vaste bodem maarwas drijfzand.
Weet je wel, dat gevoel van wegzakken, grijpend met je handen naar de hemel, bang om niet meer boven te komen. Op de een of andere manier vinden ze dan snakkend naar adem toch genoeg veerkracht om zich weer op te richten. Helaas is er een grote groep mensen die zich staande houd met allerlei destructieve hulpmiddelen. Waardoor het uiteindelijk van kwaad naar erger gaat. Met soms zeer ernstige gevolgen!!
Vermoeiend hoor om naar buiten een houding te laten zien van wie doet me wat! Stoer en onbreekbaar, met een buitenkant van staal terwijlde binnenkant weg aan het roesten is!
En juist daar heb ik als mens 12 jaar lang aangewerkt binnen de forensische zorg. Mezelf te vinden in de kluwen van problemen, emotioneel ongemak en onoverzichtelijkheid. Pas toen ik voor de zoveelste keer mijn vaste bodem verloor durfde ik mijn hand uit te steken voor hulp. De woorden HELP MIJzijn voor veel mensen lastig uit te spreken.
De forensische psychiatrie is zo gek nog nie
Toon Walravens
Geen reacties gevonden..